Kambo kan gecontra-indiceerd zijn in de volgende gevallen:

• Bij personen met ernstige cardiovasculaire aandoeningen en/of medicatie voor lage bloeddruk.
• Bij een voorgeschiedenis van hersenbloeding, herseninfarct, bloedklonters of aneurysma.
• Tijdens of tot 4-6 weken na chemotherapie of radiotherapie.
• Binnen 28 dagen na Bufo 5-MeO-DMT of paddo toediening.
• Bij ernstige epilepsie en bij gebruik van medicatie hiervoor.
• Bij ernstige psychische of persoonlijkheidsstoornissen, met uitzondering van depressie en angststoornis.
• Bij de ziekte van Addison (bijnierschorsinsufficiëntie).
• Bij het Ehlers Danlos Syndroom (EDS).
• Tijdens het herstel van een zware chirurgische ingreep.
• Bij gebruik van immuunosuppressiva na orgaantransplantatie.
• Bij zwangerschap of bij een wens tot zwangerschap.
• Bij moeders die borstvoeding geven aan baby's jonger dan 6 maanden.
• Bij personen jonger dan 18 jaar en dieren.
• Bij mentaal onvermogen om de beslissing te nemen Kambo te nemen.

Let op:

• Astmapatiënten nemen een inhalator mee.
• Diabetici moeten insuline, test-strips en extra voeding bij zich hebben.
• Voorafgaand overleg voor alcohol- en druggebruikers.
• Geen watervasten 7 dagen voor en na Kambo vanwege het risico op hyponatriëmie.
• Geen darmspoelingen, klysma's, leverreinigingen of andere watergedreven ontgiftingen 3 dagen voor en na Kambo vanwege hetzelfde risico.
• Bespreek uw medicatie vooraf met uw behandelaar, omdat niet alle supplementen verenigbaar zijn met Kambo.
• Vermeld het gebruik van slaap-, vermagerings- of serotoninesupplementen.
• Zorg voor een ondersteunend kader vanwege mogelijke emotionele processen tijdens de behandeling.
• Informeer over eventuele latexallergieën voor nazorg van de wondjes.

Slokdarmrisico's:

Vanwege de mogelijkheid op hevig braken, moet voorzichtigheid worden betracht bij bepaalde aandoeningen die de slokdarm kunnen verzwakken. Het is aan te raden om uw behandelaar op de hoogte te stellen als u last heeft van:

• Syndroom van Boerhaave (spontane slokdarmruptuur)
• Ernstig letsel aan de slokdarm door endoscopie of nekletsel
• Tumoren of zweren in de keel
• Boulimia of eerdere boulimia
• Gastro-oesofageale reflux
• Chronisch ontstekingsreactiesyndroom door blootstelling aan schimmel
• Onbehandelde eosinofiele oesofagitis
• Slokdarmvarices
• Portale hypertensie (bij gevorderde leverziekte)